Diagnostiek verhoogde bloedingsneiging

Voorafgaand aan het laboratoriumonderzoek voor de diagnostiek van hemorragische diathese hoort een uitgebreide stollingsanamnese afgenomen te worden.

Uitgebreid stollingsonderzoek

Dit onderzoek is alleen mogelijk op locatie Veldhoven en op afspraak: tel. (040)888 89 05. Bij afwijkingen in het oriënterend stollingsonderzoek, bij een zeer verdachte anamnese of bij familiair bekende stollingsziekten is het zinvol uitgebreid onderzoek te laten plaatsvinden. Vermeld op het aanvraagformulier de vraagstelling en klinische gegevens. Het laboratorium zal naar aanleiding hiervan bepalen welke stollingstesten worden ingezet.

Toelichting oriënterend stollingsonderzoek
PFA-tijd (platelet function analyzer tijd) en bloedingstijd
Hiermee wordt de functionaliteit van de vorming van de hemostatische prop getest. Een verlengde PFA-tijd of bloedingstijd wordt veroorzaakt door: een trombopenie (trombo’s < 50-100 x109 /l), een trombopathie of een tekort aan de Von Willebrand Factor (ziekte van Von Willebrand) of ten gevolge van afwijkingen in de vaatwand (alleen bij bloedingstijd).
Een normaal oriënterend stollingsonderzoek sluit een milde stollingsafwijking niet altijd uit. Daarom kan het ondanks een normaal oriënterend stollingsonderzoek bij een anamnese die verdacht is voor een verhoogde bloedingsneiging (bijv. frequent nabloeden na ingrepen) of een anamnese van familiair voorkomen van een stollingsafwijking zinvol zijn uitgebreid stollingsonderzoek aan te vragen.

PT of protrombinetijd
De PT is de screeningstest voor de extrinsieke stollingsweg. Een deficiëntie van één of meer van de extrinsieke stolfactoren geeft een verlenging van de PT (bijv. leverlijden, coumarine therapie, vitamine K deficiëntie). De INR is een afgeleide van de PT en dient slechts te worden gebruikt voor de controle van de instelling van orale anticoagulantia.

APTT of geactiveerde partiële tromboplastine tijd
De APTT is de screeningstest voor de intrinsieke stollingsweg gescreend. Deficiëntie van één of meer van de intrinsieke stollingsfactoren geeft een verlengde APTT. De test is tevens verlengd bij bijv. leverlijden, vitamine K-tekort of coumarine therapie (licht), ziekte van von Willebrand, bij ongefractioneerde heparinetherapie (niet of nauwelijks bij gebruik laag moleculair heparine) en soms bij de aanwezigheid van een lupus anticoagulans (LAC).