17 augustus 2023

Studie naar juiste behandeling baarmoederverzakking

mmc33154_gynaecelogie

Studie in 26 Nederlandse ziekenhuizen vergelijkt twee meest gangbare medische ingrepen

Wanneer vanwege een baarmoederverzakking een operatie nodig is, zijn verschillende operaties mogelijk. Een vergelijkende studie naar de twee meest gangbare baarmoederbesparende ingrepen in 26 Nederlandse ziekenhuizen is nu gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift JAMA. De resultaten laten zien dat een honderd jaar oude methode betere resultaten na de operatie laat zien dan een meer recent ontwikkelde methode. Dit is een relevante bevinding omdat de meer recente methode wereldwijd en ook in Nederland juist veel vaker wordt toegepast. Er is ook een groep patiënten die juist meer baat heeft bij de nieuwere ingreep.

Verzakking van de baarmoeder is een veelvoorkomende aandoening. Naar schatting kampt 40 procent van de vrouwen boven de 45 jaar in meer of mindere mate met een verzakking. Lang niet iedereen ondervindt klachten van de verzakking, maar het leidt toch jaarlijks bij zo’n 15.000 vrouwen tot een medische ingreep.

Uit eerder onderzoek bleek dat een deel van de patiënten baat heeft bij ondersteuning van de verzakking met een pessarium. Is een ingreep nodig, dan bestaat de keuze uit behoud of verwijdering van de baarmoeder. Onderzoekers van onder meer Isala en Radboudumc lieten zien dat de ingreep waarbij een gezonde baarmoeder behouden blijft betere resultaten geeft dan een operatie waarbij de baarmoeder verwijderd wordt. Na vijf jaar hadden de vrouwen die een baarmoederbesparende operatie ondergingen minder terugkerende klachten dan vrouwen van wie de baarmoeder wel werd weggehaald.

In die studie werd de meest recent ontwikkelde en meest gangbare baarmoederbesparende operatie onderzocht, de sacrospinale fixatie. Hierbij wordt de verzakte baarmoeder met twee onoplosbare hechtingsdraden aan een bindweefselband in het bekken vastgemaakt en opgehangen in het bekken. Gynaecologen in sommige Nederlandse ziekenhuizen verrichten echter de al honderd jaar bestaande Manchester operatie. Ze verwijderen daarbij een deel van de baarmoedermond en korten de uitgerekte banden van de baarmoeder in. Dit trekt de baarmoeder omhoog.

Nog geen internationaal bewijs

Tot nu ontbrak wetenschappelijk bewijs dat vaststelt welke ingreep de beste resultaten geeft.  Een grootschalig onderzoek onder leiding van het Radboudumc brengt hier nu verandering in. 434 vrouwen met een milde tot matige baarmoederverzakking die één van beide ingrepen ondergingen werden bevraagd op klachten. Daarnaast keken de onderzoekers naar de anatomie na de ingreep en of er sprake was van een eventuele heroperatie. Het resultaat van de combinatie van deze drie factoren laat zien dat de vrouwen na de Manchester operatie vaker een succesvolle operatie hadden dan de vrouwen na een sacrospinale fixatie. In beide groepen was het percentage vrouwen dat tevreden was met hun operatie overigens even hoog, ruim 80 procent. Gynaecoloog en hoofdonderzoeker Kirsten Kluivers van het Radboudumc: ‘We gingen ervan uit dat er geen verschil zou zijn. Dat bleek dus wel het geval. In de groep die de Manchester operatie onderging, zagen we geen heroperaties voor een hernieuwde baarmoederverzakking en minder vaak een hernieuwde verzakking van de blaas.’

Persoonsgerichte behandeling

Deze resultaten betekenen volgens Kluivers niet dat vrouwen met een sacrospinale fixatie een slechte behandeling kregen. Het betekent ook niet het einde van de sacrospinale fixatie, want sommige patiënten hebben er juist meer baat bij. Daarom pleit Kluivers voor een persoonlijke benadering: ‘We willen op basis van risicofactoren kunnen inschatten wie baat heeft bij welke behandeling. We denken dat vrouwen met een ernstiger verzakking van de baarmoeder in combinatie met een verzakking van de darm juist meer baat hebben bij de sacrospinale fixatie. Als we meer van dit soort subgroepen herkennen, kunnen we toe naar persoonsgerichtere behandeling.’ Deze resultaten laten zien dat de Manchester operatie meer aandacht verdient in het gesprek met patiënten in de spreekkamer.

Deze bevinding is van belang voor patiënten, ziekenhuizen en de maatschappij als geheel. Het draagt bij aan betere zorg voor en behandeling van vrouwen met een verzakking. En dat is belangrijk, volgens Kluivers. Een verzakking kan immers tot vervelende klachten leiden, zoals een zwaar en zeurend gevoel in de vagina, urineverlies en een moeizame stoelgang. ‘Er zijn enorm veel vrouwen die kampen met deze klachten. Ik vind het belangrijk dat we hen de juiste zorg kunnen bieden, en daarvoor is de juiste kennis van groot belang.’

Daarom kunnen we niet zonder dit soort grootschalige onderzoeken, aldus Kluivers. Deze worden gefinancierd vanuit ZonMw, met het oog op bevordering van doelmatige zorg. Daarom berekenden de onderzoekers ook de kosten van beide ingrepen, waarbij de Manchester operatie goedkoper bleek dan de sacrospinale fixatie. Het Radboudumc voerde deze studie uit binnen een samenwerkingsverband van maar liefst 26 centra, waaronder Zuyderland, Isala en Máxima MC. ‘Deze ziekenhuizen behandelen veel patiënten, waardoor we een grote groep konden volgen.’ Kluivers verwacht dat ziekenhuizen de bevindingen overnemen en patiëntinformatie hierop aangepast wordt. Naar de toekomst toe wil ze de keuze voor de meest persoonsgerichte behandeling nog verder aanscherpen.

Over deze publicatie

Dit artikel verscheen in JAMA: Manchester Procedure vs Sacrospinous Hysteropexy for Treatment of Uterine Descent A Randomized Clinical Trial – Rosa A. Enklaar, Sascha F.M. Schulten, Hugo W.F. van Eijndhoven, Mirjam Weemhoff, Sanne A.L. van Leijsen, Marijke C. van der Weide, Jeroen van Bavel, Anna C. Verkleij-Hagoort, Eddy M.M. Adang, Kirsten B. Kluivers.