Compartimentsyndroom

Bij een compartimentsyndroom (CECS, chronic exertional compartment syndrome) ontstaat door een te hoge druk in de spieren, na of tijdens sporten of wandelen, pijn en krampen in het onderbeen. Het kan op alle leeftijden voorkomen, maar meestal jonge mensen.

Symptomen

De klachten die horen bij het compartimentsyndroom treden vaak op bij forse inspanning, bijvoorbeeld tijdens hardlopen of motorcrossen. Veelvoorkomende klachten aan het onderbeen of de onderarm zijn:

  • Pijn en stijfheid
  • Een gespannen gevoel
  • Verminderde controle
  • Tintelingen in de omgeving van de grote teen of de teen daarnaast
  • In het geval van het acute compartimentsyndroom: hevige pijn en niet goed meer kunnen bewegen van de grote teen

Oorzaak

Tijdens inspanning moet er meer bloed naar het onderbeen, om de spieren harder te laten werken. De spier kan hierdoor te veel gaan zwellen en zo te strak in zijn omhullende vlies komen te zitten. Vergelijk het met een ‘te strakke jas om een te dikke buik’. Daardoor ontstaat een te hoge druk in deze spieren.

Onderzoek

De arts voelt aan alle spieren van het onderbeen en beoordeelt de spierspanning. Denkt hij dat u mogelijk een compartimentsyndroom heeft, dan wordt een drukmeting door de sportarts verricht. Dit gebeurt via een dun slangetje waardoor de druk in de spier kan worden bepaald.

Behandeling

Wanneer symptomen en drukmeting beide wijzen in de richting van een compartimentsyndroom, wordt door de sportarts een aantal adviezen gegeven. Mocht het na enige maanden niet beter gaan, kan een operatie worden verricht waarbij het vlies wordt geopend en de spier weer normaal kan zwellen. Dit gebeurt meestal via een dagbehandeling, onder narcose of via een ruggenprik.

Meer informatie

Binnen Máxima MC stuurt chirurg dr. M. Scheltinga een team aan dat zich bezig houdt met de behandeling van het compartimentsyndroom. Tevens coordineert hij landelijk wetenschappelijk onderzoek.

Topklinische functie

De behandeling van compartimentsyndroom is een erkende topklinische functie van MMC. Dit staat vastgelegd in het STZ Topklinisch Zorgregister: een register om patiënten en verwijzers inzicht te geven in de landelijke topfuncties van ziekenhuizen voor bovengemiddeld complexe zorg.